Recensie: Cory Doctorow – Makers

Cory Doctorow - Makers

Cory Doctorow is een druk baasje. Hij is betrokken bij het tijdschrift Make, is een actief voorvechter van digitale en “echte” privacy- en auteursrechtkwesties, maar het merendeel van de Internet-bevolking zal hem kennen als een van de mensen achter ‘nerd-met-ADHD’-blog Boing Boing.

Hij is ook een verdienstelijk auteur, met een voorkeur voor science fiction met heel veel science en vrij weinig fiction. Makers is een van zijn meer recente publicaties. Het boek is niet in het Nederlands verkrijgbaar, maar is dermate toegankelijk geschreven dat het de moeite van het lezen waard is.

Het verhaal stuitert net zo hard heen en weer tussen mensen en onderwerpen als Boing Boing nogal eens doet. In het kort: Suzanne Church is een tech-blogger in Silicon Valley, die een verhaal schrijft over de overname van dinosaurussen Kodak en Duracell door een jonge investeerder, Landon Kettlewell. Deze stopt met alle productie van batterijen en fotocamera’s, en wil in plaats daarvan het distributienetwerk van de twee bedrijven (inmiddels Kodacell geheten) gebruiken om kleine uitvinders nieuwe bijzondere dingen te laten bouwen met 3D-printers.

Attractiepark voor goths

Vanaf daar gaat het verhaal naar een verlaten gebied buiten Miami, Florida, waar Perry en Lester twee van dergelijke uitvinders zijn die in een verlaten winkelcentrum hun “fabriekje” hebben te midden van krakers en andere outcasts. De uitvinders halen na een politie-ontruiming de krakers het bedrijfje binnen, en alles lijkt goed te gaan, totdat moederbedrijf Kodacell een winstwaarschuwing moet afgeven en instort. De daaruit volgende crisis veroorzaakt dusdanig veel lege ruimte, dat Perry en Lester in een verlaten Walmart van alle uitvindingen een soort attractiepark maken. Disney (die inmiddels is begonnen met attractieparken speciaal voor goths) klaagt de uitvinders aan, waarna er een soort grassroots-verzetsbeweging tegen de entertainmentreus begint.

In de tussentijd is Lester driehonderd kilo afgevallen via een zogenaamde Fatkins-behandeling, die mensen een goddelijk lichaam belooft, mits gecombineerd met een dieet van 10,000 calorieën. De attractieparken in Walmart worden via een computernetwerk in meerdere steden gesynchroniseerd gehouden, en bezoekers kunnen via een joystick feedback geven over de attractie, waarna iedere nacht robots de attractie aanpassen op basis van de feedback van de afgelopen dag. Hierdoor verandert de attractie steeds meer in een soort levensverhaal, waardoor de attracties in de verlaten Walmarts steeds meer een bedevaart worden.

Stokpaardjes

Uit bovenstaande samenvatting blijkt wel dat Doctorow bijna uit elkaar spat van de ideeën. Het boek is geschreven met een vaart en esthetiek die voor bezoekers van Boing Boing bekend zal voorkomen. Verder zijn de stokpaardjes van de schrijver ook duidelijk: de goede kleine uitvinder die het opneemt tegen de slechte grote organisatie, 3D-printers, de Amerikaanse luchtvaartbeveiligingsorganisatie TSA als bron van alle kwaad, en het hergebruiken van bestaande zaken in creatieve nieuwe manieren.

Dit betreft niet alleen de gadgets die de uitvinders verzinnen, maar ook de dynamiek tussen de karakters zelf: de diverse mensen in het boek switchen van zakenpartners naar vrienden naar minnaars naar vijanden, vaak binnen één hoofdstuk. Ondanks deze vaart, en de vaak wat Amerikaanse culturele verwijzingen, houdt het boek de lezer tot het einde ademloos geboeid. En geeft het een inkijk in de filosofie van Cory Doctorow, een van de meest vernieuwende jonge denkers van dit moment. Op de valreep nog een boek voor de jaarlijstjes van 2010.

Jacco Kuipers