Kopiëren is de ultieme vorm van vleierij en als er één game is waar dat dit jaar voor geldt dan is het wel Wild Hearts. Het leent veel van de Monster Hunter-serie, maar geeft er zijn eigen, unieke draai aan, waardoor het zijn eigen game kan zijn voor een nieuw publiek.
Zou je niet beter weten tijdens het kijken naar een gemiddelde gameplayvideo van Wild Hearts dan kan je geloven dat het een nieuw deel in Capcom’s langlopende serie is. Je bent een jager die het opneemt tegen één gigantisch monster, waarna je met de buitgemaakte onder/lichaamsdelen een nieuwe uitrusting samenstelt. Omega Force, bekend van de Dynasty Warriors-serie, schudt echter een hoop van de opgebouwde logheid van de Monster Hunter-serie van zich af en creëert daadwerkelijk zijn eigen game.
Toegankelijk voor de nieuwkomer
Zo is alles een stuk toegankelijker dan in Monster Hunter, zelfs met alle stroomlijning die Monster Hunter World en Rise de laatste jaren ingezet hebben. In Wild Hearts hoef je niet eerst sporen te volgen, bepaalde clues te vinden of te weten in welk gebied de prooi verblijft. Je struint de map over, vind het gevaar en gaat het gevecht aan. Deze combat is vergelijkbaar, maar een stuk sneller en simpeler. Nog steeds neemt het de Dark Souls aanpak, waarbij je committeert aan je aanval en dus een animatie volledig zal moeten uitzitten – ook als deze niet raakt. In al die tijd ben je kwetsbaar voor aanvallen en zou je niet uit de weg kunnen rollen wanneer het monster jou aanvalt. Dit zorgt ervoor dat je tactisch moet nadenken over hoe en wanneer je aanvalt. Beter is het vaak om twee of drie keer te slaan, waarna je terugtrekt in plaats van dat je het al button bashend probeert op te lossen. Ik hield ervan hoe snel het me in de actie trok en hoe ik goed patronen moest leren herkennen om mij zo staande te houden tussen monsters die mijn health bar lieten verdwijnen als sneeuw voor de zon. Oh en wapens niet hoeven te slapen tijdens gevechten is een verademing.
Bouw het als Fortnite
Waar Wild Hearts zich helemaal onderscheidt is in zijn Karakuri; houten bouwsels welke je zowel in- als buiten het gevecht uit de lucht kunt manifesteren om te helpen. In de gewone wereld betekent dit fast travel tenten of een werkplaats voor wisselen en het upgraden van wapens en armour, maar ook bijvoorbeeld een uitkijktoren die helpt met het lokaliseren van het monster. In het gevecht wordt het pas echt interessant; met gemak bouw je kisten waar vanaf gesprongen kan worden of waar snel een houten muur mee opgericht kan worden om een aanstormend beest te stoppen. Of wat denk je van trampolines om je mee af te vuren, ziplines om snel op een vijand af te vliegen en meer. In het begin, toen ik nog echt moest focussen op de combat, liet ik de Karakuri onterecht links liggen. Pas nadat ik inzag hoe essentieel deze contrapties al snel worden in de gevechten, had ik er erg veel voordeel van. Cool detail is ook dat niet vernietigde Karakuri blijven bestaan in de wereld na het gevecht, waardoor ik constant herinnert werd aan strijd uit het verleden.
Gigantische wezens
Deze strijd voor je met gigantische monsters die allemaal een grondslag hebben in onze wereld. Denk aan een raaf, een stinkdier of een wrattenzwijn, maar dan allemaal gigantisch en overwonnen door magie en de natuur. Het wrattenzwijn is overgroeid met wortels en gebruikt deze ook als area of effect aanvallen, waar de raaf je vergiftigd. Jammer genoeg kan Wild Hearts niet tippen aan het grote aantal monsters in Monster Hunter en vervalt het al snel in het reskinnen van dezelfde monsters die je al reeds bevochten hebt. Ieder gevecht is een zinderende ervaring, die alleen maar beter wordt wanneer je het met meerdere spelers aangaat. Via het kampvuur voeg je je online bij andere spelers of maak je jouw eigen sessie aan. Gemakkelijk hierbij is dat je tags kunt toevoegen met op welk dier je jaagt en in mijn gevallen betraden andere spelers steeds snel mijn wereld om te helpen.
Conclusie
Wild Hearts neemt veel inspiratie van Monster Hunter, maar heeft met zijn snellere en versimpelde combat en de grote diversiteit die de Karakuri met zich mee brengen echt een eigen stempel weten te drukken. Ieder monster is kleurrijk en creatief ontworpen en een genoegen om te bevechten. Met button mashen kom je er niet en dus zal je zorgvuldig moeten analyseren en plannen hoe je de aanval aangaat. Deze gevechten worden nog leuker met andere spelers, wat gemakkelijk op te zetten is. Wild Hearts heeft me verrast en is een toegankelijke aanrader voor iedereen die flirt met de gedachte om dan toch eindelijk eens een Monster Hunter-achtige game op te pakken.