Wie binnenkort het Rijksmuseum gaat bezoeken moet eens goed op de verlichting letten. Dit lijkt namelijk een detail, maar speelt in werkelijkheid een heel grote rol in het vernieuwde museum.
Philips ontwikkelde speciaal voor het Rijksmuseum een bijzondere LED-lamp die voor een revolutie in de museumwereld gaat zorgen. Mixed Grill kreeg voor de officiële opening van het Rijksmuseum een rondleiding van Rogier van der Heide, Chief Design Officer en Vicepresident bij Philips Lighting. Hij vertelde ons alles over het heel bijzondere licht van het nieuwe Rijksmuseum.
Licht is heel belangrijk in een museum. De bezoekers willen namelijk optimaal kunnen genieten van de kunst uit de collectie. De meeste musea gebruiken daarvoor nog ouderwetse gloeilampen of halogeen. Deze lampen geven rode en warme kleuren prachtig weer, maar dit gaat vaak ten koste van de blauwe en groene tinten. Het kunstwerk krijgt hierdoor een oranjeachtige tint. Het LED-licht geeft een veel meer helder en neutraal wit licht dat alle kleuren goed uit doet komen. Bovendien komt van een LED-lamp beduidend veel minder warmte af dan van een ‘gewone’ lamp. Dit komt de conservering van de kunst ten goede.
In het Rijksmuseum is voor het eerst op grote schaal gebruik gemaakt van LED-verlichting. Van der Heide vertelt dat de techniek in het Rijks rechtstreeks uit Silicon Valley afkomstig is en een half jaar geleden nog niet mogelijk was. Als voorbeeld laat hij de nieuwe LED-lamp zien. Deze heeft het formaat van het knoopje op een overhemd. Een van de voordelen hiervan is dat de lampen ook verwerkt konden worden in de beroemde poppenhuizen in het Rijksmuseum. Bijna onopvallend zit in de vitrine om de poppenhuizen een raster met kleine lampjes verwerkt, waardoor het interieur van het huis voor het eerst heel goed te bekijken is.
In totaal zijn 775.000 LED-lampen verwerkt in het interieur van het museum. Hiermee worden 7500 kunstwerken, maar natuurlijk ook de 9500m2 grote ruimte, verlicht. Een ander goed voorbeeld van het verbeterde licht is te zien bij het beeld van Goliath van Pietro Magni. Door de scherpe belichting krijgt het beeld expressie en dimensie. De LED-lampen zorgen voor scherpe, afgetekende schaduwen op en rond het beeld.
In dezelfde zaal als David is ook het enorme schilderij De slag bij Waterloo van Jan Willem Pieneman te zien. Het licht zorgt dat op het doek alle belangrijke details goed te zien zijn. Doeken met een ‘normale’ afmeting kun je prima met 1 lichtbron verlichten, maar op zo’n groot en complex kunstwerk is het nu dus mogelijk om de kijker te wijzen op details in het schilderijen. Bij Waterloo spatten de kleuren niet alleen van het doek af, maar je blik komt automatisch uit bij de hoofdrolspelers en opvallende elementen.
Van der Heide experimenteerde voor het eerst met deze manier van belichten bij de Nachtwacht. Deze hing toen nog in de tijdelijk Philipsvleugel van het Rijksmuseum. Conservatoren en directeur Wim Pijbes waren zo onder de indruk van wat dit nieuwe licht deed met het topstuk van het museum dat van der Heide en Philips groen licht kregen om de nieuwe technieken te kunnen doorontwikkelen. Het resultaat is een lamp die door van der Heide de eretitel High Definition heeft gekregen. Nu, een paar jaar later, laat Rogier van der Heide ons zien dat het licht niet alleen belangrijk is voor de kunstwerken, maar ook voor het gebouw zelf.
Aan de plafonds hangen lichtrekken met daarin de spots met de LED-lampen. Binnen de rekken kunnen de spots eenvoudig worden verplaatst. De spots die aan de onderkant van het rek hangen verlichten de kunst, maar op plaatsen waar in het gebouw de gewelven te zien zijn zorgen spots bovenop het rek voor de uitlichten van deze kruisgewelven. Dit is heel goed te zien bij de afdeling waar de middeleeuwse kunst hangt. Het heldere licht in combinatie met de lage plafonds en de donkergrijze muren zorgen ervoor dat de kunst prachtig in het middelpunt staat.
Na de middeleeuwen komen we met de rondleiding uit bij de Special Collections. Deze afdeling van het Rijksmuseum herbergt bijzondere items die je niet meteen als kunst zou bestempelen, maar er wel prachtig uitzien en een belangrijk onderdeel zijn van de Nederlandse geschiedenis. De opvallendste items hier zijn scheepsmodellen en wapens. Deze zijn -wederom- prachtig verlicht. Van der Heide legt bij de vitrines uit dat de keuze van het glas heel belangrijk was tijdens de verbouwing. Er is gekozen voor heel stevig glas met een zeer lage ijzerwaarde. Doordat het weinige ijzer laat het glas vrijwel al het licht door. Glas met een hogere waarde kleurt vaak groen als er licht op valt.
Bij de Special Collections komen we ook twee medewerkers van van der Heide tegen. Ze waren verantwoordelijk voor de belichting van alle kunstwerken in het museum. Elk lamp is handmatig gesteld om zo tot het best mogelijk resultaat te komen. Je kunt je voorstellen dat dit werk maanden geduurd heeft. Bij elke lamp keek men niet alleen naar de positie, maar met behulp van speciale filters werd bepaald wat voor soort licht het beste werkt.
Gelukkig is het nu voor de medewerkers van het museum handiger om het licht te bedienen. Dat kan via een app voor de iPad.
Het Rijksmuseum is sinds vandaag, 13 april 2013, weer open voor publiek.