Kattenliefhebbers herkennen het wellicht: als je een straatkat in huis neemt die echte honger heeft gekend, dan zal die kat voor de rest van haar leven een straatkat blijven. Ze is altijd op zoek naar eten, en is nooit echt op haar gemak. Ze kan af en toe bij je op schoot komen zitten, maar vijf minuten later staan de klauwen al weer in je arm.
In het afgelopen jaar heeft de Britse singer-songwriter Benjamin Clementine hoge verwachtingen geschapen voor zijn debuut-album. In liveshows is hij een imposante verschijning: boomlang, slank, met felle zoekende ogen en een charisma dat op z’n best het publiek tot tranen kan roeren en op z’n slechtst een ongemakkelijke avond kan veroorzaken. Met de prachtige Cornerstone EP bereidde hij op zijn eigen wijze de wereld voor op At Least for Now. En op dit debuutalbum komen de verhaallijnen van Clementine en de straatkat overweldigend samen. De persoonlijke geschiedenis van Clementine is immers geen gemakkelijke: het album verwijst naar zijn tijd als dakloze “clochard” in Parijs, zijn gebroken hart, en zijn kracht om voor zichzelf op te kunnen komen.
Van hemels tot duivels
Benjamin Clementine heeft een theatrale stem die af en toe aan Antony Hegarty doet denken. Hij begeleidt zichzelf op (duidelijk klassiek geïnspireerde) piano. Op het album komen hier en daar orgels, drums en strijkers voorbij, maar de muzikale omlijsting blijft simpel genoeg om alle aandacht bij zijn stem te houden. Eigenlijk is zijn stem het echte instrument: hij vliegt van snerend naar zalvend, van hemels tot duivels, vaak binnen hetzelfde lied. In Adios onderbreekt hij een moorddadige Broadway-esque wals met een parlando waarin hij het heeft over engelengezangen, waarna de “brug” van het lied dit gezang wordt. In The People and I zit het venijnige “excuse me, I’m in the middle of a song”. Waarschijnlijk een verwijzing naar een ‘heckler’ tijdens een optreden, maar het demonstreert op typerende wijze de aanpak van Clementine.
Als hij introvert wordt, is Clementine vaak op z’n sterkst. We wisten al van de gelijknamige EP (die nog steeds de moeite waard is voor het op het album ontbrekende I Won’t Complain) dat Cornerstone een overweldigende emotionele aderlating was, maar ook songs als Gone and Quiver a Little blijven na beluistering nog lang na-ijlen. London heeft in vergelijking met de EP-versie een wat uitgebreidere muzikale omlijsting gekregen, maar dat maakt het vertraagde refrein niet minder indrukwekkend. Een skit als St-Clementine-On-Tea-And-Croissants laat zien dat Clementine meer in zijn oeuvre heeft dan tranentrekkende piano-ballades.
Het eindresultaat van deze emotionele achtbaanrit is dat At Least for Now constant uitdaagt en intrigeert en nergens saai wordt. En dat je na een luisterbeurt met een pincet de nagels die Benjamin Clementine in je ziel achter heeft gelaten moet verwijderen.