Een paar weken geleden werd duidelijk dat de Europese tour van de Canadese singer-songwriter Tobias Jesso Jr was afgelast. Er was geen duidelijke opgave van reden, maar de eerdere verplaatsing van zijn Nederlandse show van Paradiso naar Bitterzoet deed vermoeden dat het enthousiasme voor Jesso minder was dan verwacht.
Gelukkig ging zijn Noord-Amerikaanse tour wel door, dus kon ik eerder deze week naar de Empty Bottle (capaciteit: 165 man). Jesso heeft één keer eerder in Chicago gespeeld, in het grotere Schuba’s (capaciteit: 300 man). Zit zijn Amerikaanse tour ook in de problemen?
De avond begon met de band Wet uit Brooklyn. Uit de hoeveelheid apparatuur die op het piepkleine podium werd opgesteld, was duidelijk dat deze band grotere zalen gewend is. De muziek is daar ook naar: een radio- (en tv-serie-)vriendelijke mix van R&B, elektronica, en pop. Denk FKA twigs meets The xx, zonder het excentrieke van de eerste en de volwassenheid van de tweede. De podiumpresentatie is nog een beetje onzeker, maar het geluid biedt hoop voor de toekomst.
Na een korte pauze kwam een band uit de kleedkamers van achter het publiek gemarcheerd: met accordeon, akoestische gitaar, drums en drie blazers speelde de begeleidingsband van Jesso een aantal punky zigeunersongs te midden van het publiek. Een leuke, muzikaal sterke, manier van de avond introduceren.
Daarna was het tijd voor de boomlange Tobias Jesso Jr zelf. Hoe lang hij is werd duidelijk toen zijn poging om op zijn piano te klimmen door het plafond werd geblokkeerd. Dus werd het tijd voor de muziek. Bij opener How Could You Babe bleek hoe sterk de band van Jesso eigenlijk is. Licht funky, met New Orleans-invloeden en lekker strakke blazerpartijen: smullen. Jesso’s microfoon klonk blikkerig, zijn stem dun, maar dat was op zich niet het probleem.
Poep-en-piesgrappen
Het grotere probleem is de podiumpersoonlijkheid van de frontman. Normaal gesproken kan gebabbel tussen de liedjes een leuke manier zijn om de energie van de avond te bewaren. Bij Jesso leek het meer op een “shock jock” show: constante poep-en-piesgrappen, het vloekend proberen om mensen bij de bar stil te laten zijn…
Na nog eens twee songs waarin het geluid niet verbeterde, en twee intermezzo’s gevuld met opmerkingen die varieerden van enigszins grappig tot pijnlijk probeerde de band de lachers op hun hand te krijgen door songs in een ander genre te spelen. De disco-versie van Hollywood was grappig. De tweede, derde, en vierde poging waren rommelig en nergens voor nodig.
D’Angelo
Toen ook nog eens een poging tot cover van D’Angelo’s Untitled (How Does It Feel) werd gedaan, was het inmiddels half één ’s nachts en hadden we welgeteld drie songs van Jesso zelf gehoord. Mijn geduld was op, en ik heb mijn spullen gepakt en ben naar huis gegaan.
Het grote probleem hier is de cognitieve dissonantie. De songs van Jesso zijn gevoelige blikken in het hart van een gewone jongen. Als hij dit met de juiste sfeer zou omlijsten, zou hij magische optredens kunnen doen. In plaats daarvan leek zijn optreden meer op een slechte stand-up comedy show, waarin de songs een bijproduct waren van Jesso’s onnodige pogingen om leuk gevonden te worden. Onnodig, want het publiek at toch wel uit zijn hand. Op één persoon na: ik ging naar huis.
Geef mij het album maar. Aan de optredens van Tobias Jesso Jr. in zijn huidige doen mis je niks.