Als je per vliegtuig van Europa naar Noord-Amerika reist, kom je vrijwel altijd langs IJsland. Als je dan toch in de buurt bent, kun je er natuurlijk ook stoppen. Icelandair biedt reizigers een kosteloze stopover van maximaal 7 dagen aan. Wij verbleven een paar dagen op het prachtige eiland, na afloop van een stedentrip naar New York.
Vanuit de internationale luchthaven Keflavíkurflugvöllur (in het kort: Keflavík) ben je in 40 minuten in Reykjavik, ’s werelds meest noordelijk gelegen hoofdstad. Deze stad is een prima uitvalsbasis voor het maken van een paar mooie trips naar de overweldigende IJslandse natuur, maar ook een leuke plek om gewoon wat tijd door te brengen. Veel mensen kiezen ervoor om tussen Kevlavík en Reykjavik te stoppen bij de Blue Lagoon, maar deze kan ik eigenlijk alleen aanraden als je weinig tijd hebt. Bijvoorbeeld bij een stopover van 1 dag. De Blue Lagoon is namelijk erg duur en niet echt authentiek. Er zijn veel mooiere plaatsen op IJsland om een bad te nemen.
Ik breng dit keer 2 volle dagen door op IJsland. Ik besluit dag 1 te besteden in Reykjavik en op dag 2 een mooie dagtocht te maken. Je kunt ervoor kiezen om zelf een auto te huren en op pad te gaan. De belangrijkste wegen op IJsland zijn erg goed en lekker rustig. Omdat ik in mijn eentje ben, besluit ik bij Iceland Travel een aantal excursies te boeken.
Blue Lagoon
Vanuit het vliegveld ga ik eerst naar de Blue Lagoon. IJslandse vrienden hadden al gezegd dat ik daar niets te zoeken heb, maar ik wil toch met eigen zintuigen één van IJslands populairste attracties ondergaan. Als je nooit eerder op IJsland bent geweest, dan is de Blue Lagoon op zich een prima eerste kennismaking. Je bent er zo vanaf het vliegveld en je bevindt je direct in een buitenaards aandoende omgeving. Ik moet eerlijk zeggen dat een bad in het warme water en een bezoek aan de sauna heerlijk waren na een brakke nachtvlucht vanaf New York, maar dat weegt niet op tegen het feit dat je tussen massa’s Amerikaanse en Chinese toeristen staat in een bad dat is verwarmd met koelwater van een fabriek. En dan heb ik het niets eens over de entreeprijs van minimaal 93 euro. Geen aanrader dus!
Je kunt beter tijdens je (eerste) bezoek aan IJsland de Golden Circle doen en daar een bezoek brengen aan de veel fijnere en authentiekere Fontana Spa. De Golden Circle is een dagtocht vanuit Reykjavik waarbij je langs een aantal prachtige IJslandse hoogtepunten reist. In 1 dag zie je het prachtige vulkaanlandschap, watervallen, geisers en bezoek je de breuklijn tussen het Amerikaanse en Europese continent. Zo heb je meteen een perfect beeld van de natuur en de geschiedenis van IJsland. Je kunt dit zelf met de auto doen of meegaan met een bus en een gids. Ik had de Golden Circle al deels gedaan tijdens een eerder bezoek aan IJsland.
Na de Blue Lagoon arriveer ik fris en energiek in Reykjavik. Na een wandeling in de stad is het tijd voor de lunch. IJsland is niet echt een goedkope reisbestemming, maar er zijn in Reykjavik wel zeker plekken te vinden waar je voor een schappelijke prijs goed kunt eten. De grote aanrader is de onlangs geopende Hlemmur Food Hall. Een voormalig busstation is getransformeerd tot een plek waar je heerlijk kunt eten en drinken. Omdat de Hlemmur pas sinds augustus open is, staat het nog niet in de reisgidsen en tref je hier voornamelijk IJslanders. Andere plekken voor een goedkope snack zijn Reykjavik Chips, waar ze voortreffelijke Vlaamse frieten bakken en natuurlijk Bæjarins beztu waar ze wereldberoemde hot dogs serveren. Laat je niet afschrikken door de lange rij, want ze werken razendsnel bij deze kraam.
Walvissen spotten
Met een goed gevulde maag ben ik klaar voor het volgende avontuur: walvissen spotten op zee. Eigenlijk is het seizoen al voorbij als ik aan boord stap. De beste tijd om walvissen te zien, is tussen mei en eind augustus. Toch waag ik een poging. Het is sowieso een mooie ervaring om door de baai van Reykjavik naar de open zee te varen. Ook een ijskoude ervaring, dus trek warme kleren aan! Helaas laten de walvissen zich niet zien. Toch was het een prachtige middag op zee met leuke verhalen van de bemanning. En het mooie is dat je bij het boeken van de excursie een garantie krijgt. Laten de walvissen zich niet zien, dan krijg je een tegoedbon waarmee je binnen 2 jaar gratis aan boord stapt. Net zolang tot je de dieren te zien krijgt. Ik moet dus volgend voorjaar maar snel weer naar IJsland.
Ik schreef al eerder dat IJsland niet goedkoop is. Dat merk je vooral als je iets alcoholisch te drinken neemt. Voor een biertje betaal je prijzen van rond de 8 euro. Gelukkig zijn er verschillende manieren om waar voor je geld te krijgen. Als liefhebber van craft beer probeer ik dat ook uit. Allereerst kun je excursies boeken waarin een bier- of drankproeverij inbegrepen zit. Op de dag dat ik in Reykjavik ben is Taste the Saga de optie. Een busje haalt me op bij het hotel en brengt me naar de bekendste bierbrouwer van IJsland. Bij Ölgerdin brouwen ze vrijwel alle bekende merken pils en lager van het eiland, maar ze hebben ook een kleinere experimentele brouwerij in huis. Borg Brugghús maakt geweldige soorten bier. Vooral de Imperial Stouts en de bieren met lokale kruiden zijn bijzonder. Ook proef je tijdens de tour de lokale Brennivín en leer je alles over de zeer bizarre alcoholwetgeving op IJsland.
Bier en pizza
Heb je na deze tour nog trek in nog een biertje? Dan moet je zeker naar Mikkeller & Friends. In één van de oudste houten huizen van Reykjavik vind je op zolder een geweldig biercafé met een fantastisch aanbod. De prijzen zijn typisch IJslands, maar voor dat geld krijg je bieren die behoren tot de wereldtop. Er is keuze uit 20 bieren op tap en het is mogelijk om halve glazen te bestellen, zodat je meer kunt proeven. Ga je een verdieping lager, dan kom je in een geweldig goede pizzeria die geen naam heeft en dus onder de IJslanders bekend staat als ‘pizzeria zonder naam’. Nog een verdieping lager vind je DILL, misschien wel het beste restaurant van heel IJsland. Voor goed eten en drinken kun je dus binnen hetzelfde gebouw aan de Hverfisgata blijven.
Dag 2 staat voor mij in het teken van een mooie dagtocht. Na de Golden Circle is een trip naar het dorpje Vík í Mýrdal een andere populaire optie. Door mijn excursie een upgrade te geven, ga ik deze dag op pad met een klein busje in plaats van een touringcar. Voordeel hiervan is dat het reizen veel sneller gaat, het contact met de gids persoonlijker is en dat je op een paar plaatsen komt waar de bus niet stopt. In tegenstelling tot de Golden Circle is dit geen rondreis, maar ga je heen en weer over dezelfde weg: de beroemde Þjóðvegur 1. Langs deze ringweg in het zuiden van IJsland is heel veel moois te zien.
Vlak buiten Reykjavik doemen de eerste vulkanen al op en niet de minste: de Hekla, de Katla en de befaamde Eyjafjallajökull. Omdat het weer helder is deze dag stoppen we bij een benzinepomp waar we alle vulkanen op een rij zien, met als bonus de Vestmannaeyjar of Westmaneilanden in het zuiden. Volgens de gids een zeer zeldzaam uitzicht. De volgende stop is een boerderij aan de voet van de Eyjafjallajökull. De boerenfamilie ontvangt ons met zelfgebakken zoetigheden en geweldige verhalen over het boerenleven en de hectische tijden rondom de uitbarsting in 2010.
Watervallen
Onderweg naar Vík leidt de weg langs 2 van de mooiste watervallen van IJsland. De eerste laten we in eerste instantie links liggen. Volgens de gids maken veel mensen de fout om hier direct te stoppen. ’s Middags is deze veel mooier, want dan staat de zon erop. Zodoende is de eerste waterval die we bezoeken de Skógafoss. Deze is 60 meter hoog en 25 meter breed. Zeer indrukwekkend. Het is leuk om te zien hoe mensen proberen zo dichtbij mogelijk proberen te komen voor een goede foto of selfie. Wie een beetje conditie heeft, kan via een trap naar boven om de waterval van een andere kant te bekijken. Bij dit uitkijkpunt begint ook een mooie wandelroute die ik graag nog een keer wil lopen.
Next stop: Vík í Mýrdal, het meest zuidelijke dorpje van IJsland. Bekend om zijn prachtige kerkje en het nabijgelegen zwarte strand Reynisdrangar. Ook vind je hier een kolonie papegaaiduikers. Omdat Vík vaak het keerpunt is voor dagjesmensen is er in het dorp sinds kort een klein winkelcentrum te vinden. Je kunt hier goedkoop eten, de supermarkt bezoeken en shoppen voor souvenirs en outdoor-kleding. De prijzen liggen een stuk lager dan in Reykjavik, dus het is zeker de moeite waard om hier te kijken. Vooral het IJslandse merk 66ºNorth maakt mooie kleding voor de winter.
De terugweg gaat eerst langs Reynisdrangar waar onlangs nog opnamen waren voor een nieuwe afleveringen van Game of Thrones. Door het vulkanische gesteente is het zand pikzwart. De zee is hier trouwens extreem gevaarlijk, dus zorg dat je minstens 5 meter van de vloedlijn blijft. De volgende stop is minstens zo spectaculair: de Sólheimajökull, een gletsjer die vanaf een parkeerplaats te voet te bereiken is. Doe dit altijd met een gids! Het kan hier extreem gevaarlijk zijn, maar het is tegelijkertijd ook indrukwekkend mooi. Wel is het heel treurig om te zien hoe snel de omvang van deze gletsjer afneemt. Foto’s op een informatiebord bij de parkeerplaats laten bijvoorbeeld zien hoe groot de gletsjer in de jaren 80 nog was. Het toont aan dat we met zijn allen niet goed omgaan met onze planeet.
Op de heenweg zagen we hem al: waterval Seljalandsfoss. Nu extra mooi vanwege het zonlicht dat in combinatie met het water overal regenbogen laat zien. Leuk aan deze 65 meter hoge waterval is dat er een pad is dat achter de waterval loopt. Heel indrukwekkend. ’s Avonds is overigens deze waterval verlicht, als enige in IJsland. Ook hier beginnen een aantal prachtige wandelroutes.
Het Noorderlicht op IJsland
Last but not least: op mijn laatste avond ga ik een poging wagen om het Noorderlicht te zien. Net als bij het walvissen spotten geeft Moeder Natuur geen enkele garantie op succes. Gelukkig krijg je ook hier een waardebon bij geen succes. Op een speciale website van het IJslands meteorologisch instituut kun je zien wat de verwachtingen zijn. Met een bus rijden we naar een vrijwel donkere parkeerplaats een flink eind buiten Reykjavik, zodat we geen last hebben van het licht van de stad.
Als we arriveren is de hemel nog onbewolkt en zien we de vele sterren, maar al snel betrekt het en kijken we tegen een dik pak wolken aan. Het is buiten rond het vriespunt en veel mensen krijgen last van een stijve nek door het omhoog turen. Maar dan opeens trekken de wolken weg en verschijnt ook bijna direct daarna het eerste Noorderlicht. In de lucht dansen en flitsen lichtjes en sluiers van licht in de meest bizarre patronen. Het wachten is beloond. Wat is dit een bijzondere ervaring en wat is IJsland toch een bijzonder land.
Met dank aan Icelandair, Icelandair Hotels en Iceland Travel.