Na een frisse duik in de zee met aansluitend een strandwandeling waren we weer fris genoeg voor dag 2 van Into The Great Wide Open. Deze begonnen we in het dorp.
In de mooie tuin van het Armhuis speelde Wonder, een Nederlandse band die dreampop maakt. Denk aan een ingetogen versie van Beach House, maar dan tussen oude bomen. Met een hamburger van de BBQ erbij was dat een uitmuntend begin van de dag.
Op de fiets naar het Sportveld pakten we nog wat flarden mee van Maison du Malheur, maar de eerste act die we echt zien is Jeroen Kant. Op het kleinste podium, de Platte Kar, weet hij het publiek in te pakken met zijn humor en ijzersterke Nederlandstalige liedjes. Zonder twijfel heeft hij er heel wat fans bij gemaakt. Wij zijn dat in ieder geval wel.
Dan Allah-Las. De gitaarpop van dit Amerikaanse viertal misstaat op geen enkel festival dus ook hier niet. Het sixties-geluid van deze band doet ons even denken dat we niet op Vlieland zijn, maar in het Californië van de jaren 60. Vele uren later, diep in de nacht, kwamen we de band nog tegen en hebben we een goed gesprek met ze gevoerd over gedoopt worden op De Wallen en Jacco Gardner. En hebben we ze even geholpen met het opmaken van hun voorraad wodka.
Vervolgens doken we de bossen in om naar de Tokkelbaan te lopen. Daar speelde Parquet Courts uit Brooklyn. Opgefokte, rammelende garagerock met aanstekelijke refreintjes. Heel erg uitstekend. Wij lagen in de duinen te genieten van wat poffertjes en cider (goede combinatie, maar voor het podium zagen we een heuse moshpit. Op de terugweg naar het Sportveld zijn we nog een stukje met de band opgelopen. Dat is ook zo charmant aan een festival als ITGWO, ook de artiesten hebben een vakantiegevoel.
Bij Eefje de Visser kun je spreken van dat ze kwam, zag en overwon. Haar tweede album klinkt een stuk serieuzer, maar het publiek vond dat ook allemaal prachtig. Van haar gaan we de komende maanden nog heel veel zien en horen. Op de grotere festivals als Pinkpop en Lowlands was het meest enthousiaste publiek te zien bij de Nederlandstalige hiphop. Zo ook op Vlieland met de Fakkelbrigade. Rico, Sticks, Typhoon en Freeze maakten er een heel groot feest van. Vooral de gabberbeats (een trend in de nederhop?) deden het heel goed. Later zagen we Freeze ook nog op de Platte Kar een akoestisch optreden geven. Iets totaal anders, maar net zo goed.
Toen was het weer tijd voor een fietstocht, want in de kerk van het dorp stond iets heel bijzonders op het programma. Julianna Barwick speelde daar voor een klein publiek in een hele mooie setting. Haar album Nepenthe kreeg twee weken geleden nog het predikaat Best New Music op Pitchfork, dus waren de verwachting hooggespannen en zag je in de rij voor de kerk de fijnproevers onder de festivalbezoekers staan. Barwick’s muziek bestaat uit lagen van haar eigen stem die ze stuk voor stuk in een loop zet. De hoge, ijle zang deed hefet wel iets weg van het gezang van engelen en paste dus perfect in het oude kerkje. Na een paar nummers kreeg ze bijval van een gitarist die soundscapes toevoegde. De muziek begon toe af en toe te lijken op Sigur Rós. Met stip het mooiste van het hele festival.
Terug op het Sportveld pakten we nog een stukje van de nooit teleurstellende The Veils mee en aten we heel erg goede sushi. Helaas was het muzikaal gezien niet zo heel goed meer tijdens de rest van de avond. Bij Miles Kane stond de bas zo lelijk afgesteld dat de muziek op grote delen van het terrein niet om aan te horen was. Een behoorlijke flater van de geluidsman. Alleen op ons favoriete nummer Come Closer hebben een voorzichtig dansje gewaagd.
Kitty, Daisy & Lewis begonnen sterk met hun authentieke rock ’n roll, maar hun optreden had te veel nummers in een laag tempo, te lange pauzes tussen de nummers en een dodelijke saaie afsluiter met te veel wah wah. Gelukkig kon er in het letterlijk afgeladen restaurant nog gedanst worden op onder andere de Ignition Remix van R. Kelly. “It’s the freakin weekend baby. I’m about to have me some fun”. Dus gingen we het strand op voor de afterparty en vonden we techno en kampvuren en een paar uur later pas ons bed.