Hoe blijf je als dance-grootheid uit de late jaren 90 en vroege 21e eeuw ook anno 2010 nog relevant? Die lastige vraag heeft Groove Armada, het Engelse dance-duo, duidelijk bezig gehouden bij het maken van nieuwe plaat Black Light.
De band is al sinds 1997 actief, en is vooral goed gebleken in sterke singles, van I See You Baby via My Friend naar Superstylin’ tot Out of Control (Song for Mutya) van hun laatste album Soundboy Rock.
Hun eerste hit, At The River, stamt nog uit het tijdperk van dansgiganten als Underworld, Leftfield en Faithless, terwijl tegenwoordig de dancemuziek meer versnipperd is in de betere al dan niet elektronische popdeun (Hot Chip), dansvloerknallers op basis van Michael Jackson baslijnen (Justice), dan wel dansfunkpunk (LCD Soundsystem), dan wel etnisch getinte producties (Diplo). Voor deze plaat lijken Andy Cato (echte naam Andrew Cocup) en Tom Findlay meer richting een soort gerecyclede new wave à la oude Depeche Mode te gaan dan naar stampende beats en knorrende bassen. Nu zijn de jaren ’80 al jaren hipper dan hip, dus met commerciële potentie moet het wel goed zitten, toch?
Over jaren 80 gesproken – Van oudsher gebruikt Groove Armada een, uhm, armada aan gastvocalisten. Dit keer is de meest opvallende gast niemand minder dan Brian “Roxy Music” Ferry, voor het nummer Shameless. De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat Ferry’s stem dermate verdraaid is, dat hij vrijwel niet meer te herkennen is. Naast Brian Ferry doen verder onder meer Will Young, Nick Littlemore (Empire of the Sun, nog zo’n jaren 80 recycler) en Jess Larrabee mee.
Gary Numan
Muzikaal gezien kan Black Light even wennen zijn voor mensen die Groove Armada vanaf het begin hebben gevolgd. Opener Look Me in the Eye Sister heeft drums die net zo goed niet uit de computer konden komen, een ver weg gedrukt keyboard lijntje en dominante gitaarakkoorden. Single Paper Romance kopieert de baslijn schaamteloos uit LCD Soundsystem’s Someone Great, en tracks als Warsaw doen vooral aan Gary Numan denken.
Clubpotentieel is wat beperkter op deze plaat – blijkbaar hebben de mannen de smaak van popmuziek te pakken gekregen tijdens hun vele remix- en productie side projects. Geeft niet: het songmateriaal is over het algemeen van een prima niveau. Enige minpuntjes zijn het feit dat alle gasten Black Light wat inconsistent maken, en de wat kille, steriele productie. Blijkbaar moeten Andy en Tom nog wennen aan het feit dat ze het niet meer alleen voor de dansvloer hoeven te doen…