In de verhalenbundel Eerste Persoon Enkelvoud presenteert Haruki Murakami een serie nieuwe verhalen waarin de schrijver zelf schijnbaar de hoofdrol speelt. Vrijwel alle bekende Murakami-elementen zijn aanwezig, maar toch lijkt er iets te ontbreken.
Al sinds ik in de jaren ’90 de Opwindvogelkronieken las, ben ik liefhebber van het werk van Haruki Murakami. Iedere keer als er iets nieuws uitkwam, moest dat zo snel mogelijk aangeschaft en gelezen worden. Vrijwel altijd wist Murakami mij te verwonderen en te verbazen met zijn bijzondere personages en hun niet-alledaagse belevenissen.
In Eerste Persoon Enkelvoud voert de 72-jarige schrijver zich op als de man die hij nu is. Een groot verschil met de vele verhalen en romans waarin jonge mannen en studenten worden de hoofdrol spelen. In sommige gevallen blikt de ik-persoon in het verhaal terug naar een voorval in het verleden om dan toch een jong personage op te voeren, maar desondanks voelt dit boek anders aan dan zijn voorgangers.
Pratende aap
Sommige verhalen zijn klassieke Murakami zoals bijvoorbeeld het eerder al uitgebrachte With The Beatles, een verhaal over een “lelijke vrouw” met een goede muzieksmaak, maar een dubieus leven of een verhaal over een pratende aap. Helaas zijn er ook verhalen die gewoon minder goed zijn, iets dat we niet echt gewend zijn van Murakami. Zo is er een best saai verhaal over gedichten die Murakami schreef tijdens het bezoeken van honkbalwedstrijden en personages die niet helemaal lekker uit de verf komen.
Haruki Murakami is en blijft een geweldige schrijver die je op schijnbaar achteloze wijze meeneemt naar een wereld waar niet alles helemaal klopt, maar dit boek is helaas niet spectaculair of memorabel. Ik heb met veel plezier een paar uur met Eerste Persoon Enkelvoud doorgebracht, maar zal het niet snel herlezen. Daarvoor is ander werk van Murakami gewoonweg veel sterker.