Je zou denken dat alles over John Lennon nu wel is gezegd en geschreven, maar de Franse schrijver David Foenkinos is het gelukt om er een nieuwe en frisse draai aan te geven. In het boek Lennon kruipt hij in de huid van de beroemde muzikant om zo een uniek verhaal te vertellen.
Tussen 1975 en 1980 leefde Lennon een teruggetrokken leven in New York. Hij was in die tijd vooral bezig met zijn gezinsleven. In dit boek laat Foenkinos de ex-Beatle plaatsnemen op de sofa van een psychiater. In 18 sessies over een periode van 5 jaar vertelt Lennon het verhaal over zijn leven. Van zijn traumatische jeugd via de successen van The Beatles naar alles wat daarna komt.
Opvallend is dat Foenkinos het voor elkaar weet te krijgen dat je als lezer echt geloot dat Lennon aan het woord is. Dat is natuurlijk niet zo, want de sessies en de gesprekken (of beter: monologen) zijn fictief. We weten niet of Lennon dit allemaal wel heeft gezegd, laat staan dat de anekdotes wel echt zijn, maar het komt allemaal heel authentiek over.
Gewelddadig
Foenkinos durft het aan om ook de minder fraaie kanten van Lennon te laten zien. Dat kan ook heel mooi dankzij deze manier van vertellen. Het lijkt immers of Lennon al zijn zonden opbiecht aan de psychiater. Zodoende komen we ook in aanraking met gewelddadige of ronduit hufterige John Lennon. Doordat hij zo eerlijk en open is en wij als een soort voyeur getuige zijn, is het hem allemaal vergeven.
Dit boek is niet alleen een interessante inkijk in het leven van één van de beroemdste muzikanten van de afgelopen 100 jaar, maar het toont ook het vakmanschap van David Foenkinos aan. Net als eerder in zijn boek Charlotte weet hij door enorm goed research te doen het hoofdpersonage in het boek akelig dicht en zeer overtuigend te benaderen.