Nathan Willett is een gelukkig mens, en dat zullen we weten ook. De bio bij de nieuwe Cold War Kids spat van het huiselijk geluk, het album begint meteen al met een verklaring dat “what’s mine is yours”, en vanaf deze opener krijgen we een verzameling van songs die gaan over onder meer de grote liefde en het belang van communicatie in een goede relatie.
We zijn erg blij voor Willett en de zijnen, en ook voor ons zelf: het gevolg van deze blijdschap is een album waarmee Cold War Kids de grote commerciële doorbraak haast niet meer kan ontlopen.
De band, afkomstig uit Fullerton, Californië is al een paar jaar bezig, en heeft als bekendste wapenfeit het snerende Hang Me Up to Dry van het debuutalbum Robbers & Cowards. Mine Is Yours het derde volledige album, maar de band heeft er een handje van ook flink wat EPs tussendoor uit te brengen (de laatste, Behave Yourself komt ongeveer tegelijk met het album uit). Het typische indie-geluidje van de band heeft wat melodische tinten door het pianowerk van Willett en soms een vette overstuurde bas (geweldig gebruikt door Hostage in zijn remix van Hang Me Up to Dry).
Geweldig passende muzikale omlijsting
De oversturing en het minimalistische geluid op de vele eerdere EPs maakt op dit album plaats voor weloverwegen productie. Dit was de verantwoordelijkheid van Jacquire King, onder andere bekend van Tom Waits’ Mule Variations, maar ook The Fall van Norah Jones. Qua geluid lijkt dit album echter op geen van beide. De band schaart zich hier eerder in de buurt van oude Coldplay of Keane, alhoewel de vele Afrikaans aandoende ritmes soms ook aan Paul Simon’s Graceland doen denken. En dat geluid zit Cold War Kids als gegoten – van de hemelse Stratocaster-sound in Finally Begin tot de zelfverzekerheid van Skip the Charades en Bulldozer: hier is een groep mensen die weet wat ze wil, niet bang is om een optimistische boodschap te brengen, en die daar een geweldig passende muzikale omlijsting voor kan vinden. De stem van Nathan Willett, die voorheen nog wel eens cynisch of wanhopig klonk, is zonder veel aan klankkleur te veranderen ook een stuk optimistischer geworden, hetgeen weer perfect aansluit bij het totaalplaatje.
We zouden natuurlijk kunnen klagen over het verlies van “het randje” dat Cold War Kids zo kenmerkte, of over de duidelijke commercialisering van de sound. Maar laten we eerlijk zijn: Blijheid mag ook bezongen worden. Het zal ons benieuwen of de band met dit nieuwe materiaal live de euforie van een Polyphonic Spree zou kunnen evenaren. Het zou ons niets verbazen.