Sinds de ommekeer van Origins is de Assassin’s Creed-serie in mijn optiek veruit verbeterd. De nieuwe invloed RPG elementen, aangepaste combat en bovenal nieuwe settings laat het nieuwe Assassin’s Creed boven het oude uitstijgen. Assassin’s Creed: Valhalla is daarin niet anders.
De Griekse oudheid wordt voor Valhalla verruild voor de Noorse en dat is een zeer welkome setting. Vikingen die met bijl en schepen het Scandinavische moederland achterlaten voor glorie in de nieuwe wereld geeft een mooi instappunt en clash in culturen. We ontmoeten Eivor, die zowel mannelijk als vrouwelijk kan zijn en volledig te personaliseren, welke met haar Raven-clan voet aan wal zet in Engeland. Hier zoekt ze nieuwe bondgenoten en – zoals de viking-manier heeft aangeleerd – rijkdommen door middel van raiden en plunderen.
Voelt goed
Veel bekend dus maar met een randje nieuw en dat voelt als geheel enorm goed. De ruwere vechtstijl van de Vikingen met bijl en schild zorgt voor wat minder dissonantie in een standaard melee-gevecht. Je zal daarbij ook meer bewust van jouw gezondheid moeten zijn, gezien de levensbalk niet automatisch meer vult. Even rustiger aandoen of weglopen van gevecht alleen is niet meer genoeg, je zult actief items moeten gebruiken om te helen. Dit kan door middel van besjes die je plukt en waar rations van gemaakt kunnen worden om tijdens gevechten in te zetten. Dit dwong mij als speler veel meer na te denken over ontwijken en afweren met mijn schild in plaats van onnodige risico’s nemen.
Terugkeer van stealth
Maar niet alles is grootse open combat omdat Valhalla terug pakt naar wat de serie groot maakte; de instant assassinations. Ongezien rond een basis sluipen en bewaker na bewaker met een snelle messteek om te leggen, waarna je zijn lichaam verbergt om argwaan te voorkomen, geeft ontzettend veel spanning mee. Ook verdween Eivor in de omgeving door om op een bankje plaats te nemen of om simpele werkzaamheden uit te voeren terwijl zij ondertussen alles in de gaten hield. Dit brengt ook de Assassin’s Creed hood terug in de outfit welke eerst een gek gezicht is op de wilde viking, maar hoe verder je in de assassin lore raakt meer logisch wordt.
Prachtige wereld
Het interessante verhaal en de vele – vaak hilarische – side quests vinden plaats in een fantastisch mooie wereld. Natuurlijk nog veel krachtiger op de next gen consoles, iets waar Marc later op in zal gaan, maar ook op de PlayStation 4 Pro oogt Assassin’s Creed: Valhalla prachtig. Lage zon die door de bomen schijnt en de wijde omgeving vol ruïnes en ondiepe plassen waar je de bodem van ziet; het is adembenemend. Tel daar het wild bij op en de vele vestingen en je vindt een wereld die daadwerkelijk levend aanvoelt. Zo ook jouw eigen basis welke steeds verder uitgebreid wordt met het geld en materialen die je verovert. Waar Assassin’s Creed: Valhalla echter het meest in schittert is zijn ingetogenheid. Ja, de wereld is nog steeds gigantisch en er is veel te doen, maar het voelt allemaal een stuk minder overweldigend dan Odyssey hiervoor.
Niet helemaal vlekkeloos
Hoe fijn het speelt en hoe mooi de wereld ook is, kon ik er niet omheen dat de ervaring niet helemaal foutloos bleek. Het gebeurde geregeld dat vijandige AI gekke dingen deed, personages zweefden of door muren heen liepen en quests die vast bleken te zitten. Dit zijn zaken die met patches ongetwijfeld op te lossen zijn, maar wel een frustrerend iets – zeker wanneer je progressie verliest. Het zal mogelijk ook verschillen per platform, dus kan ik enkel naar mijn eigen ervaring spreken, maar het gemis aan polish is hier meer dan zijn voorgangers.
Marc de Haas over de Next Gen ervaring
Wat mij na het (snelle!) opstarten van Valhalla op de Xbox Series S vrijwel meteen opviel was de hoeveelheid frames per seconde, maar niet op de manier die je hoopt. Deze staat namelijk vast op 30fps met een maximale resolutie van 1440p. Iets wat ik niet helemaal had verwacht met de berichtgeving vanuit Ubisoft zelf waarin ze het constant hadden over 4K/60fps. Omdat de Series S grafisch minder krachtig is zoals zijn grotere Series X-broer, ging ik er niet vanuit dat hij deze framerate zou hebben op de hoogste 1440p resolutie, maar mogelijk wel een optie zou hebben om in 60fps te spelen op een 1080p resolutie. Een optie die je zelfs bij de PS4 Pro en Xbox One X tegen het einde van de generatie steeds vaker tegenkwam. Mogelijk dat ik de berichtgeving heb gemist, maar het is wel een domper. Installeer je de game op de interne SSD kan je wel gebruik maken van het eerder genoemde snelle opstarten, maar ook van het snelle teleporteren middels Fast Travel punten. Een ware verademing met wat we voorheen hadden en nu ook nog zien op de PS4 Pro-versie van Valhalla.
Wil je dus de beste uitziende (console) versie van Assassin’s Creed Valhalla spelen, ben je dus het beste af bij de sterkere Xbox Series X en PlayStation 5-versies.
Conclusie
Altijd wilde ik al in de voetsporen treden van de Vikingen en Assassin’s Creed: Valhalla zet dit op zijn eigen manier uitstekend neer. Voor hen die de vorige twee games speelden is er veel bekend, maar het geheel voelt uitstekend. De terugkeer van stealth kills en vernieuwingen aan het health systeem zijn zeer welkom en de wereld is adembenemend. Het geheel is nog wat buggy, maar wie zich daar overheen kan zetten vindt een fantastische game, waardig van zijn naam.