Waar al eerder de foto’s van Richard Avedon schitterden is nu het meest recente fotoproject van Anton Corbijn het bewonderen in het Foam: Inwards and Onwards.
De nieuwe serie bevat niet meer alleen foto’s van muzikanten, maar laat ook de enkele kunstenaars van Corbijns generatie zien. De worsteling met tijdens het creatieve proces en de complicaties die optreden tijdens het scheppen van kunst, is wat hij met deze foto’s wil belichten. En daarbij zijn de personen zelf even belangrijk als het proces zelf. Iggy Pop, Alexander McQueen en Tom Waits zijn enkele gezichten die vanaf vrijdag in het Foam te bewonderen zullen zijn. Mixed Grill was op de persconferentie in het Foam op 21 juni.
Kunstenaars en musici
Twee en een half jaar geleden zijn de eerste plannen gemaakt voor deze tentoonstelling en Corbijn heeft met dit project vooral zichzelf op een nieuwe manier van werken willen focussen. In plaats van de nadruk op musici te leggen, heeft hij ook beeldende kunstenaars erbij betrokken. Wat deze mensen allemaal met elkaar gemeen hebben, is dat Corbijn ze allemaal bewonderd voor hoe ze te werk gaan en wat ze tijdens het creatieve proces meemaken.
Eerste serie in 9 jaar
Inwards and Onwards is Corbijns eerste serie in negen jaar. In de tussenliggende periode heeft hij zichzelf vooral wat ruimte willen geven om een manier van werken te zoeken die hem opnieuw mentaal zou verrijken. Aan zijn fotografie van de jaren ’70, muzikanten en groepen zoals Joy Division, Depeche Mode en U2, is in de jaren ’90 een einde gekomen en Corbijn was op zoek naar iets nieuws gegaan. Zijn drijfveer is altijd om mensen te ontmoeten die hij interessant vindt en in wie hij zich wil verdiepen. Hij ziet de ontmoetingen met mensen die hij bewondert als een manier om zichzelf mentaal te verrijken en er iets van op te pikken en op zijn eigen leven toe te passen.
Toegang tot een nieuwe wereld
Fotograferen is de ideale manier geweest om aan het Nederlandse landschap te ontsnappen en toegang te krijgen tot een wereld waarin artiesten leven voor hun kunst. Toen Corbijn eenmaal toegang had gekregen, verschoof de nadruk naar het fotograferen. Wat het fotograferen plezierig voor hem maakt is, is het avontuurlijke aspect. Niets is spannender dan je spullen pakken, naar iemands huis toe rijden en daar een geheel nieuwe wereld creëren. Corbijn heeft altijd zijn Hasselblad hiervoor gebruikt. Ook de tijd tussen het maken van een foto en de twee, drie dagen die er verstrijken voordat ze klaar zijn, ziet hij als onderdeel van het spel en dat het avontuur vergroot.
Een kijkje naar binnen
Niet alleen de prachtige beelden van zijn foto’s spreken tot de verbeelding van zoveel mensen, maar ook de oprechte interesse in zijn subject zorgt ervoor dat de lading van de foto’s anders is dan een gewoon portret. Corbijn wil oprecht weten wie de mensen zijn die de kunst maken en wat hen inspireert om dat te doen. Hoe gaan ze om met hun roem en waar hebben ze het moeilijk mee? Hij wil betrokken raken bij wie al deze kunstenaars zijn en een eenmalig samenwerking is daarbij de meest geschikte manier om de mythe die deze kunstenaars omringt in stand te houden. Corbijn is een fotograaf die dingen romantiseert: het hele scheppingsproces wat plaats vindt in ateliers of muziekstudio’s is een worsteling waar hij niet alleen een fascinatie voor heeft, maar ook de worsteling in herkent die hij zelf in zijn leven heeft meegemaakt.
Podiumplezier vs. schrijfproces
Wat Anton Corbijn met Inwards and Onwards wil laten zien is, naast de ‘inner struggle’ tijdens het creatieproces, het verschil tussen het creëren en opvoeren. Tussen beeldende kunstenaars en musici is op dit vlak een groot verschil. Voor Corbijn is er een grote discrepantie tussen het ‘orgasme op het podium’ en het schrijven en vele malen herschrijven van een lied. Het podiumplezier staat vol in contrast met de ontwikkelingen die aan de opvoering vooraf gaan en het is juist deze fase die zijn fascinatie aanwakkert. Wat volgens hem ook meespeelt, is het feit dat kunstenaars, in tegenstelling tot pop artiesten, geen rol hoeven te spelen en een bepaald imago hoog te houden hebben. Het uiterlijk speelt een minder grote rol dan bij rocksterren.
Gefrustreerde schilder
Het visualiseren van het creatieve proces is misschien niet helemaal de goede omschrijving van Inwards and Onwards. Corbijns doel is vooral geweest om zichzelf een nieuwe uitdaging te geven en zich meer in te laten met de beeldende kunstenaars: mensen met wie hij zichzelf sterk verbonden voelt door de worstelingen die zij tijdens het maken van kunst doorstaan. Voor hem was dit project een nieuwe manier van werken en was het ook een gelegenheid om zichzelf te identificeren met deze mensen: “Deep down ergens ben ik ook een gefrustreerde schilder”.
Buitenbeentjes
Naast de foto’s die hij speciaal voor deze tentoonstelling heeft geschoten, heeft Corbijn er ook foto’s uit de jaren ’90 bij betrokken. Destijds zijn ze buiten de boot gevallen, maar hij voelde de drang om ze weer nieuw leven in te blazen. Naast beeldende kunstenaar en musici zijn er ook foto’s van Nelson Mandela, Lance Armstrong en Kate Moss te zien: niet bepaald beroemdheid die in het rijtje van uitvoerende kunstenaars passen, maar die door hun eigen bijzondere prestaties verdienen om in de aandacht te staan.
Ondanks zijn vele projecten naast fotografie (videoclips, films etc.), blijft Anton Corbijn zichzelf op de eerste plaats als fotograaf beschouwen. Film en fotografie zal hij in het vervolg gescheiden gaan houden, maar dat betekent dat er nog veel aan zit te komen. Met Inwards and Onwards is hij ‘back to basic’ gegaan en heeft hij het gevoel van zijn eerste foto’s teruggevonden. De identificatie met de kunstenaars in kwestie is een aspect wat deze serie nog persoonlijker en oprechter maakt: het enige wat nog sterker is dan zijn kwaliteit als fotograaf is zijn interesse in en bewondering voor wie hij voor zich heeft.
Vanaf vrijdag 24 juni is de tentoonstelling in het Foam te zien.