Recensie: Leon de Winter – VSV

leon de winter vsv

In VSV, de laatste roman van Leon de Winter, speelt de schrijver kunstig met de grens tussen fictie en werkelijkheid.

Door (over)bekende figuren op te voeren als romanpersonages in een wereld die net even verschilt van de echte heeft hij al meteen een sterke troef in handen. Als bijvoorbeeld in het eerste hoofdstuk de moord op Theo van Gogh wordt beschreven door Theo van Gogh zelf weet je als lezer al meteen dat je nog heel veel te wachten staat in het boek.

Beschermengel

Zeker als je weet dat Van Gogh en De Winter regelmatig met elkaar overhoop lagen. Gelukkig kiest De Winter in VSV niet voor een afrekening tegenover iemand die zich niet meer kan verweren. Al kun je je afvragen wat Theo van Gogh zou vinden van het feit dat hij na zijn dood een beschermengel zal worden. Deze engel moet een oogje in het zeil houden bij de crimineel Max Kohn. In een ingenieuze mozaïek-vertelling komt de lezer er hoofdstuk voor hoofdstuk achter op welke wijze Max en Theo eigenlijk al verbonden waren.

Net als Houellebecq in zijn laatste roman voert ook Leon de Winter zichzelf op als personage in een zelfbedacht verhaal. En ook hij gebruikt de nodig zelfspot (zo omschrijft hij zichzelf als 20 kilo te zwaar). De Winter en Van Gogh zijn in goed gezelschap, want in VSV komen ook Mohammed B., Job Cohen, Bram Moszkowicz, Piet Hein Donner en Geert Wilders aan het (fictieve) woord.

Politiek pamflet

Dit alles tegen de achtergrond van twee belangrijke verhaallijnen: de relatie van Max Kohn en zijn ex Sonja en een serie terroristische aanslagen in Amsterdam. Door in ieder hoofdstuk te schakelen tussen de personages en daardoor het verhaal steeds van een andere kant te belichten zorgt De Winter ervoor dat VSV leest als een spannende thriller. Tegelijkertijd kun je het ook zien als een politiek pamflet en een verhaal over de kracht van liefde.

Voor sommige lezers zal VSV misschien net even iets te veel van het goede zijn, maar ik ben in hoog tempo door het boek gegaan. Vooral omdat als je aan het einde denkt wel een beetje te weten waar het verhaal na toegaat er nog een verrassende wending komt. Vooral het moment (na ruim 300 pagina’s) dat je erachter komt waar de titel VSV voor staat. De spanningsboog in het boek is superieur uitgewerkt en de manier waarop De Winter zijn variant van een ‘what-if’-verhaal heeft uitgewerkt is angstvallig goed. De personages van het boek zijn wellicht iets te Nederlands, maar buiten dat heeft Leon de Winter een roman met internationale allure geschreven.